ROCHE nieuws
Het laatste financiële nieuws van ROCHE Financieel Adviseurs

Prinsjesdag 2018 – Algemene zaken

21 september 2018

TARIEVEN BOX 1

De regering wil in 2021 het aantal schijven in box 1 terugbrengen naar twee. Dat betekent dat er vanaf dat moment nog maar sprake is van twee tarieven. De komende jaren worden de tarieven in de eerste drie schijven steeds meer op één lijn gebracht. Dat maakt de overstap naar het tweeschijvenstelsel makkelijker.

Vanaf 2021 is het tweeschijventarief volledig ingevoerd. Tot een belastbaar inkomen van € 68.507 geldt het basistarief van 37,05%. Vanaf dat inkomen geldt een toptarief van 49,5%. De verwachting is dat slechts 7% van de belastingplichtigen te maken krijgt met het toptarief. € 68.507 is de huidige grens van schijf 4. Deze grens wordt de komende jaren bevroren.

Na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd is er sprake van drie schijven. AOW-gerechtigden hoeven immers geen AOW-premie te betalen.

Door het invoeren van een tweeschijvenstelsel wordt de belastingheffing minder progressief. Het tarief is echter maar een onderdeel van het hele pakket. Tegelijkertijd worden de maximale algemene heffingskorting, arbeidskorting, inkomensafhankelijke combinatiekorting en ouderenkorting verhoogd en worden verschillende aftrekposten beperkt. Het gehele plaatje zorgt toch voor een progressief stelsel.

 

BOX 3, DE VERANDERINGEN IN 2019

In 2019 wijzigt het forfaitaire rendement waarover belasting betaald wordt in box 3. Dit is in overeenstemming met de wijziging die in 2016 is aangekondigd. Sinds dat jaar streeft de overheid naar een beter verband tussen het forfaitaire rendement en het statistische rendement op sparen en beleggen. Het huidige beleid geeft aan dat ieder jaar opnieuw het forfaitaire rendement aangepast zal worden aan de gemiddelde daadwerkelijk gerealiseerde rendementen uit eerdere jaren.

Voor een vermogen tot en met € 71.650 gaat dit een heffing van 0,58% betekenen;

Voor een vermogen van € 71.651 t/m € 989.736 gaat dit een heffing van 1,34% betekenen;

Voor een vermogen van meer dan € 989.736 gaat dit een heffing van 1,68% betekenen.

 

VERSOBERING VAN AFTREKPOSTEN

De versnelde afbouw geldt niet alleen voor de hypotheekrenteaftrek, maar gaat ook gelden voor diverse andere aftrekposten, zowel voor ondernemers als particulieren, waaronder de persoonsgebonden aftrek.

Onder de persoonsgebonden aftrek vallen:

  • Betaalde partneralimentatie;
  • Uitgaven voor specifieke zorgkosten;
  • Uitgaven voor tijdelijk verblijf thuis van ernstig gehandicapten;
  • Studiekosten en andere scholingsuitgaven;
  • Giften;
  • Leningen startende ondernemers (durfkapitaal).

De afbouw van de aftrekbaarheid van deze kosten zal starten in 2020. Door de aangekondigde afbouw ziet de maximale aftrekbaarheid er als volgt uit:

2018 2019 2020 2021 2022 2023
51,95% 51,75% 46% 43% 40% 37,05%

 

VERHOGING LAGE BTW TARIEF

Per 1 januari 2019 wil het kabinet het btw-tarief verhogen van 6% naar 9%. Per € 100,- aan boodschappen komt er € 2,83 bij. Het algemene btw-tarief blijft ongewijzigd op 21%. Voor betalingen die al zijn gedaan voor diensten en producten die na 1 januari 2019 geleverd worden, geldt nog het 6%-tarief.

Het verlaagde btw-tarief is niet langer beperkt tot de categorie eerste levensbehoeften. Op dit moment beslaat het ongeveer 40 soorten goederen en diensten. Naast boodschappen en water worden ook onder meer de kapper, kunst, eten en drinken (niet-alcoholhoudend) in horecabedrijven, kranten, tijdschriften en bioscoopbezoek belast tegen het lage btw-tarief. Volgens onderzoek van CBS valt 22,9% van alle consumptieve bestedingen onder het lage btw-tarief van 6%. Verhoging van het lage btw-tarief raakt dus iedereen.

Particulier bewoonde woningen

Het isoleren, schilderen, stukadoren en behangen van woningen die ouder zijn dan 2 jaar valt nu ook nog onder het 6% tarief. Ook hier gaat het tarief naar 9%. Dit geldt ook voor het schoonmaken van woningen, hierbij geldt niet dat de woning ouder dan 2 jaar moet zijn.

Advieskeuze.nl logo